Introductie
Elk jaar kan je in december gedurende 2 weken stemmen op het Woord van het Jaar. Van Dale Uitgevers wil zo samen met VRT nieuwe woorden lanceren, die opmerkelijke gebeurtenissen van het afgelopen jaar in de kijker zetten. Voor 2024 wint het woord ‘hangmatbeleggen’, met maar liefst 46,8 % van de stemmen. Het woord krijgt daarmee een plek in het Dikke Van Dale-woordenboek, naast woorden die de afgelopen 125 jaar courant gebruikt zijn.
‘De hangmatbelegger’ is de titel van het boek dat in 2023 uit kwam en werd geschreven door Yoran Brondsema en Tim Nijsmans. In het boek leggen ze uit hoe je zorgeloos (of vanuit je hangmat) kan beleggen met indexfondsen en trackers als je weinig tijd hebt om je te verdiepen in de wereld van beleggen.
Het jaar ervoor won met ‘graaiflatie’ trouwens nog een economische term. Graaiflatie betekent dat de inflatie wordt aangewakkerd door ondernemingen die de kostenstijging van grondstoffen, productiemiddelen en arbeid doorrekenen aan de consument om hun winst op peil te houden of te verhogen.
Soorten ETF’s en veiligheid
ETF staat voor exchange traded fund, het zijn beursgenoteerde passieve beleggingsfondsen, die ook wel trackers worden genoemd, omdat hun investeringsdoel is om zo nauwkeurig mogelijk de onderliggende beursindex te volgen. Zo volgt de Lyxor BEL 20 UCITS de BEL20 index van de Brusselse beurs. Bedoeling van deze tracker is om de return van deze index zo goed mogelijk na te bootsen.
De voorbije jaren is de ETF markt sterk gegroeid en daarmee ook het aanbod enorm uitgebreid. Zo kan je bijvoorbeeld trackers kopen die obligaties (dan spreken we van ETN’s of exchange traded notes), valuta of edelmetalen (exchange traded currencies/commodities) of een bepaalde sector volgen.
Beleggers wereldwijd trekken steeds meer geld weg van actief beheerde fondsen en kiezen voor een passieve variant. In 2024 werd naar schatting meer dan 15.000 miljard dollar wereldwijd beheerd via ETF’s, tegenover 11.000 miljard in 2013 en 400 miljard in 2005.
Men spreekt van fysieke replicatie als de beheerder van de ETF alle aandelen uit die index of een belangrijk deel ervan aankoopt. Je weet als belegger dus wat er onderliggend in de tracker wordt aangehouden. Synthetisch ETF’s gaan de onderliggende index proberen na te bootsen door onder meer afgeleide producten zoals opties, swaps, … aan te kopen en zijn daardoor vaak minder transparant.
Omdat synthetische ETF’s gebruik maken van derivaten om de prestaties van een index te repliceren, in plaats van de onderliggende aandelen daadwerkelijk te kopen, resulteert dit vaak in lagere kosten. Er is ook minder kans op afwijkingen tussen de ETF en de index wat een lagere tracking error kan geven. De tracking error bij ETF’s geeft aan hoe goed een ETF de prestaties van de onderliggende index volgt. Het is een maatstaf voor de afwijking tussen het rendement van de ETF en het rendement van de index die het probeert te repliceren.Ten slotte kunnen synthetische ETF’s beleggers blootstelling geven aan markten of sectoren die moeilijk of duur zijn om fysiek te repliceren.
Een belangrijk aandachtspunt bij synthetische ETF’s is echter het tegenpartijrisico: als de tegenpartij die de swap levert, failliet gaat of niet aan zijn verplichtingen kan voldoen, kan de belegger mogelijk een verlies leiden. In sommige gevallen kunnen de derivaten die worden gebruikt in synthetische ETF’s minder liquide zijn dan de onderliggende effecten in fysieke ETF’s. Dit kan invloed hebben op de verhandelbaarheid van de ETF. Tenslotte kunnen synthetische ETF’s complexer zijn en minder transparant dan fysieke ETF’s. Het kan moeilijker zijn om precies te begrijpen hoe de ETF is opgebouwd en welke derivaten worden gebruikt.
Liquiditeit
Het handelsvolume van een ETF op de beurs is een goede indicator van de liquiditeit. Hoe hoger het volume, hoe gemakkelijker het is om de ETF te kopen of verkopen zonder de prijs significant te beïnvloeden. Dat is vooral belangrijk als men heel grote bedragen gaat investeren.
De bied-laat spread is het verschil tussen de hoogste prijs die een koper bereid is te betalen en de laagste prijs die een verkoper bereid is te accepteren. Een kleinere spread duidt op een hogere liquiditeit, omdat het aangeeft dat er meer kopers en verkopers actief zijn. Een kleine spread zorgt voor lagere kosten voor de belegger bij het uitvoeren van zijn transacties.
Return
Omdat ETF’s een onderliggende beursindex volgen, is de return die men kan verwachten die van de gevolgde beursindex. Toch zal de return vaak iets lager liggen vanwege de kosten en tracking error. Bij een ETF betaal je beheerskosten die vaak 0,30 % per jaar of minder bedragen.
Als men actief beheerde fondsen gaat vergelijken met passief beheerde fondsen zoals ETF’s, zijn er verschillende studies die aantonen dat 80 tot 90 procent van de actief beheerde fondsen de index niet verslaan op lange termijn.
Aandachtspunt is wel dat beleggers door te investeren in ETF’s massaal in deze indexen en dus de aandelen in deze indexen gaan beleggen. Wanneer beleggers bij slecht nieuws dan massaal ETF’s gaan verkopen die de Nasdaq-index of S&P500 volgen, moeten de fondsbeheerders van die ETF’s de onderliggende aandelen in die index verkopen. Dat kan dan weer leiden tot extra neerwaartse druk op de prijzen van die aandelen, wat de daling van de index kan versterken. Zo vertegenwoordigen de grootste 10 aandelen in de S&P500 36 % van de marktkapitalisatie van de index. Bij de MSCI World, waarin bijna 1400 bedrijven zitten, hebben de 10 grootste bedrijven een gewicht van 25 %.
Kosten en fiscaliteit
ETF’s staan genoteerd op een aandelenbeurs en kunnen tijdens de openingstijden van de beurs net als gewone aandelen gekocht en verkocht worden via brokers of financieel adviseurs. Je betaalt een makelaarsloon en beurstaks. Het makelaarsloon verschilt per beurs, zo is Euronext Amsterdam meestal goedkoper dan de Duitse of Italiaanse beurs.
Daarnaast betaal je jaarlijkse beheerskosten die in vergelijking met klassieke beleggingsfondsen laag zijn: vaak 0,30 % of minder tegenover zo’n 1,7 % of meer bij beleggingsfondsen. Dit is ook te begrijpen omdat passief een index volgen minder arbeidsintensief is dan een fonds actief beheren en goede aandelen uitkiezen. Enkele Amerikaanse aanbieders rekenen op sommige van hun ETF’s zelfs helemaal geen beheerskosten meer aan.
Welke beurstaks van toepassing is, hangt af van twee zaken:
- de ETF dividenden uitkeert (distributietracker) of niet (kapitalisatietracker);
- de ETF geregistreerd is.

Of een tracker dividenden uitkeert of niet, staat op de informatiefiche van de ETF of op websites als Morningstar die meestal de omschrijving Dist. (distribution of uitbetaling van de dividenden) of Acc. (accumulation of herinvestering van de dividenden) gebruiken.
Of een tracker geregistreerd is in België of niet kan men nagaan op de website van de FSMA, waar een ‘lijst van compartimenten van de openbare instellingen voor collectieve belegging naar Belgisch recht’ en een ‘lijst van de compartimenten van de openbare instellingen voor collectieve belegging naar buitenlands recht’ is gepubliceerd. Sommige uitgevers van ETF’s publiceren deze informatie ook op hun website.
Het vergt het nodige opzoekwerk, maar omdat ETF’s een beursindex passief volgen en dus de return van deze beursindex nabootsen, kunnen de beurstaksen uiteindelijk een grote impact hebben op de return die de belegger behaalt.
Duurzaamheid
Beleggers die aangeven duurzaamheid belangrijk vinden, kunnen op zoek gaan naar een duurzame ETF variant. De iShares MSCI World SRI ETF bijvoorbeeld, selecteert bedrijven met hoge ESG-scores. De MSCI World bestaat uit 1395 bedrijven, de MSCI World SRI uit slechts 383 bedrijven.
Een ETF PAB (Paris-Aligned Benchmark) is ontworpen om te voldoen aan de klimaatdoelstellingen van het Akkoord van Parijs. Deze ETF’s volgen een index die bedrijven bevat met lage koolstofemissies en een hoge ESG-score (milieu, sociaal en bestuur). Een voorbeeld hiervan is de BNP Paribas Easy Low Carbon 100 Europe PAB UCITS ETF, die de prestaties van de Low Carbon 100 Europe PAB-index volgt.
Bron: Advisors Up-to-date